Scherptediepte

Scherptediepte zegt iets over hoe scherp een foto is in relatie tot de afstand van het onderwerp en de camera. Het verwijst naar het gedeelte van een foto dat scherp is, en het gedeelte dat onscherp is. Een foto kan een veel scherptediepte hebben, waarbij het grootste deel van de foto scherp is, of een weinig scherptediepte hebben, waarbij slechts een klein gedeelte van de foto scherp is.

Scherptediepte
Een voorbeeld van een foto met weinig scherptediepte.

Scherptediepte is afhankelijk van verschillende factoren, zoals de brandpuntsafstand van de lens, de afstand tot het onderwerp, de grootte van de lensopening (diafragma) en het formaat van de beeldsensor. Over het algemeen geldt dat hoe groter de diafragma-opening en hoe langer de brandpuntsafstand van de lens, hoe minder scherptediepte er in de foto zit. Daarnaast is de afstand tussen het onderwerp en de camera ook bepalend. Hoe dichterbij het onderwerp, hoe minder de scherptediepte. Bij een macrofoto heb je dus al snel een beperkte scherptediepte en dus een onscherpe achtergrond.

Veel scherpte diepte

Een foto met veel scherptediepte gebruik je meestal bij landschapsfotografie, waarbij zowel de voorgrond als de achtergrond scherp moeten zijn. Bij een grote scherptediepte gebruik je een klein diafragma gebruikt, zoals f/11 of f/16, waardoor er minder licht door de lensopening komt.

Scherptediepte
Door het kleine diafragma van f/11 is deze foto scherp in zowel de voor- als achtergrond.

Weinig scherptediepte

Een foto met weinig scherptediepte kun je gebruiken om het onderwerp te isoleren van de achtergrond, waardoor het onderwerp scherp wordt weergegeven en de achtergrond onscherp. Dit kun je bereiken met behulp van een groot diafragma, zoals f/2.8 of f/1.8. Bij het fotograferen van portretten kun je een kleine scherptediepte gebruikt om de persoon scherp te laten zien en de achtergrond te vervagen.

Scherptediepte
Door het grote diafragma van f/3.2 is de voor- en achtergrond onscherp. De aandacht gaat daardoor meer naar de bloem en pompoen.

Een andere factor die de scherptediepte beïnvloedt, is de grootte van de beeldsensor. Een camera met een kleinere sensor heeft over het algemeen een grotere scherptediepte dan een camera met een full-frame sensor. Dit betekent dat het gebruik van een full-frame camera kan leiden tot een kleinere scherptediepte bij dezelfde instellingen.

Een veel voorkomende misvatting is dat een kleinere lensopening (een hoger diafragmagetal) automatisch zorgt voor meer scherptediepte, maar dit is niet helemaal waar. Andere factoren zoals de brandpuntsafstand en de afstand tot het onderwerp spelen ook een rol. Het is een balans tussen deze factoren om de gewenste scherptediepte te bereiken.

Onscherpe achtergrond maken in Photoshop

In de nabewerking kun je de scherptediepte ook aanpassen met behulp van beeldbewerkingssoftware, zoals Adobe Photoshop. Met behulp van lagen en maskers kun je de scherptediepte aanpassen om de focus te verleggen naar bepaalde delen van de foto.

Was this article helpful?

Related Articles

Need Support?

Can't find the answer you're looking for?
Contact Support